Het Nederlands Spoorwegmuseum (NSM) is sinds 1954 gevestigd in het in 1874 gebouwde Maliebaanstation aan de Oosterspoorweg in de Nederlandse stad Utrecht.
Nederlands Spoorwegmuseum in het Maliebaanstation te Utrecht na de renovatie in 2005 Langs het perron van het Maliebaanstation staat historisch spoorwegmaterieel, zoals stoomlocomotief NS 2104. Stoomlocomotief HSM 89 'Nestor'.
Het Nederlands Spoorwegmuseum (NSM) is sinds 1954 gevestigd in het in 1874 gebouwde Maliebaanstation aan de Oosterspoorweg in de Nederlandse stad Utrecht.
Op 7 januari 1927 werd de Stichting Nederlandsch Spoorwegmuseum opgericht. De collectie werd ondergebracht in een nu verdwenen gebouw van de Nederlandse Spoorwegen in Utrecht, waar op 1 december 1928 het Spoorwegmuseum officieel werd geopend. De collectie omvatte voornamelijk afbeeldingen, documentatie en spoorse attributen. In 1935 verhuisde het museum naar NS-Hoofdgebouw I aan het Moreelsepark. In de jaren dertig werden de eerste initiatieven genomen tot behoud van oud spoorwegmaterieel van historisch belang. Als gevolg van de oorlogsomstandigheden ging een deel hiervan alsnog verloren.
Het uitbreken van Tweede Wereldoorlog betekende het begin van onzekere tijden voor het Spoorwegmuseum. In oktober 1941 was er geen ruimte meer voor een museum in Hoofdgebouw I, en moest een andere locatie worden gezocht, die gevonden werd in de oostvleugel van het Rijksmuseum te Amsterdam, waar de collectie vanaf 30 mei 1942 te bezichtingen was. In september 1944 moest het Rijksmuseum sluiten. Na de oorlog werd de collectie van het Spoorwegmuseum opgeborgen op een bovenverdieping van het Amsterdamse Centraal Station, in afwachting van het vinden van een nieuwe locatie. In 1951 wees dr. ir. F.Q. den Hollander, toenmalig president van NS, het in 1939 gesloten Maliebaanstation in Utrecht aan als locatie voor het museum.
Na verbouwing kon het museum op 5 november 1954 officieel geopend worden. Er was hier veel meer ruimte om de collectie aan het publiek te tonen. Ook kon nu, op de sporen van het voormalige station, historisch materieel opgesteld worden ter bezichtiging. Tot 2003 was de lange rij historische stoomlocomotieven langs het eerste perron het meest in het oog vallende deel van deze collectie.
In de loop der jaren kwam er meer spoor- en ook tramwegmaterieel naar het museum en in de jaren vijftig en zestig kwam ook het voorterrein vol te staan met rollend materieel dat sterk te lijden had onder de weersomstandigheden. Een eerste verbetering was de bouw van een perron met overkapping op het achterterrein in 1975. In 1977 kwam nog een uitbreiding tot stand. Met een loopbrug over de nog in gebruik zijnde goederensporen kon het publiek het achterterrein bereiken. Het voorterrein werd ingericht tot parkeerplaats.
In het stationsgebouw was in de rechtervleugel de historische afdeling ondergebracht en in de linkervleugel de 'moderne' afdeling. Zeer tot de verbeelding spraken de brugmodellen uit de begintijd van de spoorwegen en ook de modellen van diverse treintypen waren fraai. Voorts waren er natuurlijk schilderijen, prenten en attributen te bezichtigen. Een eerste verandering vond plaats in de jaren '80 toen deze laatste afdeling werd heringericht om ook de nieuwste ontwikkelingen te kunnen tonen. Zo werd er onder andere een sprinterkop opgesteld.
In 1988-1989 vond een grote verbouwing plaats. De inrichting van het stationsgebouw werd geheel vernieuwd en volgens de toen moderne inzichten ingericht. Deze inrichting heeft tot 2003 bestaan. Ook het achterterrein werd verder bij het museum getrokken en nieuw ingericht met een 'spoorlandschap'. Het was nu ook mogelijk om rondjes te rijden, zowel op schaal als op ware grootte. Ook werden enkele gebouwtjes opgesteld, zoals het seinhuis uit Hoogezand-Sappemeer en een overweghuisje uit Elst (Gelderland). Ook een der oudste spoorbrugjes uit Halfweg was hier aanwezig. Voorts werd een pendeldienst ingesteld tussen het Utrechtse Centraal Station en Station Maliebaan (via Lunetten).
Latere toevoeging uit de jaren negentig was de goederenloods uit Nijverdal van 1881, waar onder andere een restaurant in kwam en het nieuwe gebouw op het achterterrein met een grote modelspoorbaan. De in de loop der jaren gegroeide materieelcollectie werd in de jaren negentig voor een groot deel gerestaureerd en voor een deel in rijvaardige toestand gebracht. Stalling (gedeeltelijk) in de openlucht deed deze treinen geen goed. Daarom werd er naar gestreefd een geheel overdekte museumruimte te bouwen.
Utrecht (2004, Foto: Hans de Kroon)]] In 2002 werd besloten het museum opnieuw ingrijpend te verbouwen. Het stationsgebouw uit 1874 werd na de sluiting in september 2003 weer geheel leeggehaald en nu grotendeels teruggebracht in de 19e eeuwse staat, aangevuld met de Koninklijke wachtkamer afkomstig uit het in 1973 gesloopte station Den Haag Staatsspoor.
"De Grote Ontdekking" "De Werkplaats" In "De Werkplaats" is loc NRS 107 ook van onderen te bezichtigen Het achterterrein werd ook voor het grootste deel ontruimd en geheel nieuw ingericht. Er kwam een groot nieuw museumgebouw waar het museum zijn collectie nu toont in vier 'werelden':
De presentatie is veel meer dan vroeger sterk gericht op het vermaken van een groot publiek met kinderen en voor personeelsfeestjes etc. De inhoudelijke kant van het museum is daar ondergeschikt aan gemaakt. De collectie is een soort ‘achtergrond’ hiervoor. Dit geldt ook voor de schilderijen, prenten en attributen.
Er is veel aandacht besteed aan de aankleding met decorstukken. Er is duidelijk een keuze gemaakt van 'van alles een beetje' om een groot publiek te vermaken. Dat deze doelstelling bereikt is blijkt uit de na de heropening in juni 2005 sterk gestegen bezoekersaantallen.
Op het buitenterrein is nabij het bestaande seinhuis uit Hoogezand-Sappemeer een watertoren verschenen. Voorts ligt er nog een kinderspoor, is er een kinderspeelplaats en een evenemententerrein. Ook is er een draaischijf.
Replica uit 1938 van stoomlocomotief 'De Arend' uit 1839; waarmee de spoorweggeschiedenis in Nederland begon. (Foto: Hans de Kroon) |
Locomotief NS 3737, de laatste, in 1958, door de NS buiten dienst gestelde stoomloc. (Foto: Hans de Kroon)]] |
Elektrische locomotief 1202 van de serie NS 1200. |
Locomotor 103 van de serie NS 100. |
Locomotor 345 van de serie NS 200. |
Diesellocomotief 2498 van de serie NS 2400. |
ZHESM-motorrijtuig mBC 6, bouwjaar 1908.]] |
Materieel '24: Blokkendoostreinstel NS MBD 9107 + Ces 8104. |
Materieel '34: Dieselelektrisch Driewagentreinstel NS 27. |
Kameel).]] |
Materieel '46: Elektrisch Tweewagentreinstel NS 273. |
Materieel '54: Elektrisch Tweewagentreinstel NS 386. |
Stroomlijnpostrijtuig NS Pec 8502 (ex-1902). |
Turquoise rijtuig Plan D NS AB 7709. |
Blauw rijtuig Plan W NS B 4118. |
Het Spoorwegmuseum beschikt inmiddels over een grote en gevarieerde collectie rollend materieel. De materieelcollectie is te groot om op de toch nog beperkte ruimte geheel getoond te worden. Daarom is een groot deel van de collectie tramrijtuigen in het afgelopen decennium afgestoten en een deel van het spoorwegmaterieel is elders in depot ondergebracht of in bruikleen bij museumspoorlijnen. Het wel aanwezige materieel staat niet meer zoals vroeger soort bij soort maar vrij willekeurig door elkaar.
De collectie rollend materieel bevat onder meer stoomlocomotieven, elektrische locomotieven, diesellocomotieven, treinstellen, rijtuigen, goederenwagons en enkele trams.
Materieeloverzicht van het Spoorwegmuseum, met tussen haakjes de oorspronkelijke eigenaar indien dit niet de Nederlandse Spoorwegen was:
In de loop der jaren werden diverse trams in de collectie opgenomen, waarvan inmiddels een groot deel is overgedragen aan de diverse museumtramorganisaties in Nederland. Dit omdat het het Spoorwegmuseum zich tegenwoordig concentreert op de spoorwegen. Al eerder gingen de Amsterdamse, Haagse en Rotterdamse trams, die voorheen in het Maliebaanstation verbleven, terug naar hun plaatsen van herkomst. In april 2009 werden dertien trams, die al in bruikleen elders verbleven, officieel overgedragen.<ref>Het Spoorwegmuseum draagt tramwegmaterieel over</ref> Dit betrof:
Op 9 februari 2009 werd bekend gemaakt dat dankzij een bijdrage van de BankGiro Loterij het Spoorwegmuseum een replica kan gaan bouwen van de Sr 1, een Koninklijk Rijtuig uit 1864. Het werk wordt uitgevoerd door de Firma Kloosterboer en naar verwachting zal het in het voorjaar van 2010 in het museum te bezichtigen zijn. De keuze is op de Sr 1 gevallen omdat van dit rijtuig de meeste tekeningen en gegevens bewaard zijn gebleven. Het oorspronkelijke rijtuig werd gebouwd door de HIJSM voor koningin-moeder Anna Paulowna. Tot in de jaren '80 van de negentiende eeuw werd het regelmatig gebruikt door haar zwager Prins Frederik. De enige en oudste nog bestaande rijtuigen die in het Spoorwegmuseum staan zijn de de rijtuigen Sr 8 en Sr 9 van Juliana en Bernhard uit de jaren ’50.<ref>www.railmusea.nl</ref>
NS rijdt op zaterdag en zondag gedurende de openingstijden van het museum een pendel-uurdienst met station Utrecht Centraal. Tot 2 februari 2009 werd ook van dinsdag tot en met vrijdag gereden.<ref>Aanpassing dienstregeling 2 februari 2009 (www.ns.nl)</ref>
Omdat er geen rechtstreekse verbinding mogelijk is, moet de trein onderweg (kopmaken). Tot december 2008 gebreurde dit bij Lunetten Aansluiting. Vanwege de werkzaamheden voor de capaciteitsuitbreding tussen Vleuten en Geldermalsen (VleuGel) verviel in januari 2009 de rechtstreekse verbinding tussen Utrecht Maliebaan en Utrecht Lunetten Aansluiting, er kan vanaf Utrecht Maliebaan alleen nog richting Arnhem worden gereden. Daarom keren de pendeltreinen sinds december 2008 in station Driebergen-Zeist, waar ook in- en uitgestapt kan worden, en in de toekomst mogelijk bij Bilthoven.
Voor deze pendeldienst is een speciaal treinkaartje nodig. Dit kaartje kost 2 euro en is op alle stations in Nederland te koop bij het loket of in de nieuwe kaartautomaten. Andere kaartjes zijn niet geldig in deze trein.
Op 26 mei 1970 werd de Vereniging Vrienden van het Spoorwegmuseum opgericht. Deze vriendenvereniging stelt het museum o.a. in staat om aankopen voor de collectie te kunnen doen. Daarnaast adviseert zij de directie in het te voeren beleid. Donateurs worden elk jaar op een Vriendendag onthaald, waarbij regelmatig excursies naar (museale) railbedrijven worden georganiseerd. Daarnaast hebben museumvrienden minimaal 1 maal per jaar gratis toegang tot het museum. Men kan zich als museumvriend aanmelden bij het Spoorwegmuseum, Maliebaanstation, 3581 XW Utrecht.
18px | Portaal Openbaar vervoer |
Bronnen, noten en/of referenties:
Wikimedia Commons | Voor meer mediabestanden zie de categorie Nederlands Spoorwegmuseum van Wikimedia Commons. |
1501 (Eindhoven) · CSIJ (IJmuiden) · EDS (Barger Compascuum) · EMA (Amsterdam) · ESM (Kaatsheuvel) · FSM (Sneek) · GOLS (Winterswijk) · GSS (Erlecom) · HIJSM (Haarlem) · HOVM (Den Haag) · ISM (Erica) · KLOK (Eindhoven) · Mat 54 (Gouda) · MBS (Haaksbergen) · NSM (Utrecht) · NOM (Arnhem) · NZH (Haarlem) · RoMeO (Rotterdam) · RTM (Ouddorp) · SGB (Goes) · SHM (Hoorn) · SRL (Rijssen) · SSN (Rotterdam) · STAR (Stadskanaal) · STIBANS (Blerick) · SVM (Katwijk) · TEE Nederland (Amsterdam) · TS (Scheveningen) · VSM (Apeldoorn) · ZLSM (Simpelveld) |
Categorie:Spoorwegmuseum Spoorwegmuseum Categorie:Utrecht-Oost Categorie:Museum in Utrecht (stad)
de:Nederlands Spoorwegmuseum en:Nederlands Spoorwegmuseum
pl:Nederlands Spoorwegmuseum
<a href='http://nl.wikipedia.org/wiki/Nederlands
Spoorwegmuseum' target='_blank' rel='nofollow' style='font-size:
90%'>Text of this article is based on Wikipedia article
«Nederlands Spoorwegmuseum»</a>