De Verrijzeniskapel (in het Frans Chapelle de la Résurrection), ook gekend als de Europa-kapel, is een rooms-katholieke kerk met een oecumenische oriëntatie die midden in de Europese wijk van Brussel ligt. Het gebouw stamt uit de 15de eeuw en stond aanvankelijk in het centrum van de stad. Opeenvolgende wijzigingen in de stedenbouw hebben ertoe geleid dat de kapel in 1907 werd verplaatst naar zijn huidige locatie. Nadat de verschillende ruimtes waren opgeknapt en het gebouw meer geschikt was gemaakt voor haar pastorale taak, kreeg de kapel in de herfst van 2001 de naam van Verrijzeniskapel. Sindsdien is haar programma duidelijk oecumenisch georiënteerd. De pastorale verantwoordelijkheid ervoor is toevertrouwd aan de jezuïeten.
Het gebouw dat, zoals het er nu uitziet, uit de 18de eeuw stamt, is op zich weer een voortzetting van eerdere gebouwen. Het stond aanvankelijk op de plaats waar zich nu het Centraal Station bevindt en werd naar de Van Maerlantstraat in Etterbeek verplaatst in verband met de herstructurering van het stadscentrum van Brussel ten gevolge van de wijzigingen in het stedelijk verkeersplan. Zodoende kwam de kapel te liggen op het terrein van een vrouwenklooster (Dames de l’Adoration Perpétuelle). Aan de buitenkant zijn er geen grote wijzigingen aangebracht sinds de periode van die verplaatsing. Alleen de functie van het gebouw is veranderd. Toen het klooster in zijn geheel door de zusters in 1999 werd verkocht, werd het hoofdgebouw aangekocht door de Europese Commissie en veranderd in een bezoekerscentrum en een bibliotheek. De kapel, daarentegen, kwam in het bezit van een internationale vereniging zonder winstbejag volgens Belgisch recht (vzw) die werd gesticht door ambtenaren van de Europese Instellingen, teneinde haar als gebedsruimte te kunnen behouden. Na een oproep voor schenkingen en met behulp van financiële bijdragen van de Europese bisschoppen-conferenties (COMECE), van de Conferentie van Europese Kerken, van de Orde van de Jezuïeten en talrijke andere stichtingen, kon de Kapel in 1999 en 2000 volledig gerenoveerd en nieuw ingericht worden. Op 25 september 2001 werd zij door de toenmalige aartsbisschop van Mechelen-Brussel, Godfried Danneels, officieel ingewijd.
De voorgevel in neorenaissance stijl en de buitenkant van het gebouw zijn bij de renovatie onveranderd gebleven. Van binnen daarentegen kreeg de kapel een volledig nieuwe structuur volgens de plannen van de Brusselse architect Marionex. Het huidige gebouw heeft vier verdiepingen, wat men van buiten helemaal niet kan zien. Men komt op de begane grond binnen in een grote hal, die dient als ruimte voor het onthaal, evenals voor tentoonstellingen en ontvangsten. In de beneden-verdieping bevindt zich een crypte waar men zich kan terugtrekken in stilte en gebed. Het vergulde kruis dat je hier ziet is van de beeldhouwer Philippe Denis. De plaats waar de vieringen plaatsvinden is op de eerste verdieping en is toegankelijk via een trap of met de lift. Omdat de liturgische ruimte minder hoog is dan voorheen, zijn er nieuwe vensters aangebracht met glas-in-loodramen van de Weense kunstenaar Thomas Reinhold. Aan de zijkant van het schip zijn de thema's van de ramen: de schepping, de menswording, het brandend braambos en Pinksteren. Het raam aan de voorzijde (straatkant) stelt de verrijzenis voor. Op een mezzanine aan de zijkant, staat een orgel. afkomstig uit de werkplaats van Etienne Debaisieux. Het werd geschonken door de Evangelische Kerk in Duitsland (EKD). Op de bovenste verdieping, onzichtbaar van buiten, bevinden zich een vergaderzaal en kantoren.
De Verrijzeniskapel is geen parochiekerk. Wegens haar geografische ligging, in het hart van een wijk die voornamelijk bestaat uit kantoren en overheidsinstellingen en vlak bij de Europese instellingen (Europese Raad, Europees Parlement, Europese Commissie etc.) is het de bedoeling dat zij een plaats is van dialoog, van ontmoeting en gebed, toegankelijk en bereikbaar voor iedereen vanuit zijn of haar werkplek. Daarom is de kapel vooral op werkdagen open en is er een gevarieerd liturgisch aanbod, dat is aangepast aan de werktijden en dat rekening houdt met de verschillende confessies van eenieder. De pastorale verantwoordelijkheid voor de kapel berust bij religieuzen en leken, die allen vrijwilligers zijn. Behalve het dagelijkse ochtendgebed (op werkdagen) hebben er meestal tijdens de lunchpauze ook katholieke misvieringen plaats evenals gebedsdiensten geleid door protestanten en orthodoxen, in meerdere talen, maar meestal in het Frans en het Engels.