Het Élysée-paleis is de officiële residentie van de president van de Franse Republiek: hij houdt er kantoor en het kabinet vergadert er. Het paleis ligt aan de rue du Faubourg Saint Honoré, nummer 55, in het VIIIe arrondissement van Parijs, niet ver van de Champs Élysées.
Begin 18e eeuw bezat de architect Armand-Claude Mollet een stuk land aan de weg naar het dorp Roule, ten westen van Parijs (nu de Rue du Faubourg Saint-Honoré) dat grensde aan een kroondomein, de Grand Cours door de Champs-Élysées. In 1718 kocht Henri-Louis de la Tour d'Auvergne, de graaf van Évreux (comte d'Évreux) dit, met de afspraak dat hij er een hôtel particulier zou bouwen, met een toegangshof ervoor en een tuin erachter. Dit Hôtel d'Évreux was voltooid in 1722. Hoewel het daarna nog vele malen is verbouwd, blijft het een mooi voorbeeld van klassieke Régence.
Hoewel het al officieel werd gebruikt door de regering van Napoleon Bonaparte, kocht koning Lodewijk XVIII in 1816 pas het Hôtel d'Évreux. Tijdens de provisionele regering van de Tweede Republiek werd het hernoemd tot Elysée National en werd het toegewezen aan de President van de Republiek als officiële residentie. In 1853, na zijn staatsgreep die een einde maakte aan de Republiek, belastte Napoleon III de architect Joseph-Eugène Lacroix met renovaties, die doorgingen tot 1867. Sindsdien is het uiterlijk van het Élysée essentieel ongewijzigd.
De president heeft nog andere officiële residenties, waaronder het chateau van Rambouillet, niet ver van Versailles een paar kilometer ten zuidwesten van Parijs, en het Fort de Brégançon bij Marseille.