Het Paleis te Buitenzorg (Indonesisch: Istana Bogor) is één van de zes presidentiële paleizen van Indonesië en is gelegen in de plaats Bogor, West-Java. In de koloniale periode was Buitenzorg de favoriete verblijfplaats van de Gouverneur-generaal van Nederlands-Indië.
Het land waarop het huidige paleis en de botanische tuin te vinden zijn werd in 1744 ontdekt door gouverneur-generaal Gustaaf Willem van Imhoff en gaf hij opdracht tot de bouw van een landhuis. De bouw was voor zijn dood nog niet voltooid en werd voortgezet onder zijn opvolger Jacob Mossel. De eerste grote renovatie van het paleis werd gedurende het bewind van Herman Willem Daendels uitgevoerd. Onder zijn leiding verkreeg de buitenplaats een extra verdieping en werden er twee vleugels toegevoegd aan het gebouw.
Na de Invasie van Java door de Britten in 1811 koos Thomas Stamford Raffles Buitenzorg tot zijn verblijfplaats. Gedurende zijn bewind werden de tuinen van het paleis naar Engels voorbeeld aangelegd. Deze tuinen zouden later de inspiratie vormen voor de aanleg van de botanische tuinen. Onder gouverneur-generaal Godert van der Capellen werd er een kleine koepel op het hoofdgebouw geplaatst en werd de botanische tuin gesticht.
De buitenplaats raakte in 1834 ernstig beschadigd tijdens een aardbeving die werd veroorzaakt door een vulkaanuitbarsting van de berg Salak. Het oude paleis werd afgebroken en in plaats daarvan werd een nieuw paleis, in haar huidige vorm, gebouwd. Ditmaal bestond het gebouw maar uit één verdieping, uit voorzorg voor aardbevingen. Tussen 1870 en 1942 functioneerde het paleis als de officiële resident van de gouverneur-generaal. Tijdens de Tweede Wereldoorlog roofden de Japanners de vele kunstschatten uit het paleis.
In 1950 kwam het paleis in het bezit van de Indonesische staat en nam president Soekarno het paleis in gebruik als zijn weekendverblijf. Onder Soeharto raakte het paleis in onbruik. In 2015 nam president Joko Widodo het paleis weer in gebruik voor staatszaken.